Weetjes

Wist je dat je elektriciteit kunt opwekken met een kam? Hoe gaaf is dat? Op deze pagina leggen we het uit en staan nog veel meer weetjes. Veel leesplezier!

107 batterijen

Je denkt er misschien niet bij na, maar het is echt waar. In een gemiddeld huis in Nederland liggen wel 107 batterijen! 69 batterijen worden gebruikt in allerlei huishoudelijke apparaten. 9 zitten in afgedankte apparaten op zolders, kelders en kasten. En 29 batterijen zijn nieuw of leeg. Hoeveel kun jij er in huis vinden? De lege verzamel je en lever je in.

Energie opwekken

Stuiter jij van de energie? Dan eet en drink je vast genoeg! Je lichaam wekt namelijk energie op uit de dingen die je eet en drinkt. Met een eenvoudig proefje kun je zelf ook energie opwekken. Knip een stuk papier in kleine stukjes en pak een kam. Wrijf met de kam een paar keer door je haar of over je trui. Houd je kam nu boven de stukjes papier. Ze kleven aan de kam. Dit is statische elektriciteit. Voelt het weleens alsof je haar rechtop staat? Knettert het weleens als je iemand aanraakt? Ook dat is statische elektriciteit. Je kunt er even van schrikken, maar het is gelukkig niet gevaarlijk.

Positief of negatief?

Er zijn twee soorten elektrische lading: positieve lading en negatieve lading. Elektronen zijn onzichtbare kleine deeltjes en hebben een negatieve lading. Gelijke ladingen stoten elkaar af en ongelijke ladingen trekken elkaar aan. In het voorbeeld met de kam en het papier wordt de positieve lading in het papier aangetrokken door de negatieve lading in de kam.

Waarom krijg je geen schok van een batterij?

Alleen metaal kan stroom geleiden. Omdat in het lichaam van de mens geen metaal zit, kom je dus niet onder stroom te staan als je een batterij aanraakt.

Chemische reactie

In een batterij wordt de elektriciteit opgewekt door een chemische reactie. Binnenin een batterij bevinden zich verschillende chemicaliën. Deze chemicaliën komen met elkaar in contact en brengen hierdoor een elektrische stroom voort. Deze elektriciteit komt vrij als je de batterij in een apparaat stopt. De batterij werkt net zolang totdat de oorspronkelijke chemicaliën in de andere zijn omgezet en er niets meer over is.

Hoe komt de batterij aan zijn naam?

De allereerste batterijen gaven heel weinig stroom. Daarom werden er een groot aantal aan elkaar gekoppeld, zodat ze samen wél genoeg stroom gaven. In 1748 bedacht de Amerikaanse wetenschapper Benjamin Franklin hiervoor de term ‘battery’. Hierbij moet hij gedacht hebben aan de militaire term voor een groep identieke wapens. Stoer toch?

Waarom mogen lege batterijen niet in de prullenbak?

Batterijen zijn ‘klein chemisch afval’. Dit kun je zien aan het logo dat er op staat: een container met een kruis erdoor. Dat betekent dat er stoffen in zitten die schadelijk zijn voor het milieu, zoals kwik en lood. Hiervan kunnen mensen en dieren ziek worden. Om te zorgen dat de schadelijke stoffen niet in het milieu terecht komen, moet je lege batterijen dus inleveren. Dit kan in supermarkten en bouwmarkten maar ook op veel basisscholen. Een andere reden waarom je batterijen niet in de prullenbak mag gooien, is dat ze dan niet gerecycled kunnen worden. Wil je weten wat er met een batterij gebeurt die jij inlevert? Je leest het hier.

Andere bronnen van energie

Stroom uit het elektriciteitsnet (de stopcontacten in de muur) ontstaat op een heel andere manier. Je hebt een bron nodig, zoals aardolie of steenkool. Als je die verbrandt, komt er energie vrij. Er komt dan wel een stof vrij die slecht is voor het milieu: kooldioxide. Bovendien hebben we niet genoeg aardolie en steenkool. Daarom gebruiken we steeds vaker bronnen van energie waar we wel genoeg van hebben en die geen vervuiling opleveren, zoals de zon en de wind.